21 februari 2017
WEESPER Knabbels
Het is geloof ik al de 8e dag in Weesp en het oppassen zit er al weer bijna op, oppassen op mooie Gabber, een kruising IJslander/Vlinderhond.
Vannacht word ik beetje te vroeg wakker. Ook wel logisch want ik ga ook steeds eerder slapen. Het hele ritme gooi ik hier in de war merk ik. Het is vijf uur en Gabber staat gelijk vrolijk bij de voordeur, want ja zodra je wakker bent moet je gelijk een korte plasronde doen. Hij komt snel weer binnen zoals altijd en ja hoor gaat ook gelijk snelle rondjes draaien in het kleine keukentje op de boot… Hij blaft niet, want hij weet wel, dan zeg ik gelijk dat ik geen Carola heet, maar Astrid en bij mij is dat NOTDONE, zeker zo vroeg niet. Heel zachtjes kreunen mag wel, maar dan wel heel lief, niet dwingend. Zijn kraaloogjes geven haast licht, zo snoezig en zo blij opgewonden dat hij is. We doen een kluifje, want echt eten dat is nog veel te vroeg zeg! Kom op, dat doe ik nu ook nog niet hoor, alhoewel… De Prins krijgt een zachte kluif, die heel lekker geurt en de dames Miss Bera en HKH Freyja II een klein hard kluifje… ok Gabber heeft hem al snel op en krijgt ook nog zo’n andere. Bera heeft inmiddels die van Freyja afgepakt en Freyja komt me dat vertellen. Ik pak het vieze kwijlerige halfwitte afgeknabbelde teviesomvasttepakken kauwding af en geef het terug aan Freyja. Bera kijkt me aan: “Weet je het wel zeker vrouwtje? Er staat toch geen naamkaartje op! En nu dan?” Met haar grote echt onschuldige ogen kijkt ze me verward en verbaasd aan. Ok, ik geef haar nog een dikkere, met als gevolg dat zij nu nog de enige in de ruimte is die flinke smak geluiden maakt op de boot. De knabbelpotten van Carola zijn al bijna leeg.
Heerlijk om zo hier zo vroeg op de boot, op de Vecht, wakker te zijn en in alle rust te kunnen schrijven. Ik ga zometeen maar eens beginnen met een voorwoord of een inleidend verhaal te schrijven voor in mijn boek. Het boek wat nu echt vorm krijgt. Ik heb ongeveer 35 verhalen klaar. Opmaak ervan gedaan, sommige stukken wat herschreven.
Aan het brainstormen met mezelf hoe ik het ga brengen aan het publiek. Ik ga een soort lezing doen deze zomer, afgewisseld met een paar liedjes, oa ‘Mijn kleine hartendief’.